Tuin van de maand april 2021: Tuin rondom Huis ten Breckelenkamp in Dinkelland, Twente

Het Huis te Breckelenkamp vanaf de oprijlaan
Deze keer brengen we als Tuin van de Maand een prachtig landgoed in het oosten van het land: Huis ten Breckelenkamp in de gemeente Dinkelland, in het noordoosten van Twente. Het oude, uitgewoonde landgoed – huis, park, moestuin, gracht – is sinds de negentiger jaren door de eigenaren, de familie Wanrooij, liefdevol gerestaureerd en verkeert nu in prachtige staat. De heer Wanrooij was op ons verzoek graag bereid een beschrijving van en toelichting op het ensemble te geven. Veel leesplezier!
Een gaaf bewaarde aanleg
Bezoekers aan het verstilde, afgelegen landgoed Het Huis te Breckelenkamp, complex rijksmonument en historische buitenplaats, krijgen onvermijdelijk het gevoel in een oeroude omgeving te verkeren. Dat begint al bij de huisplaats, die sinds mensenheugenis het centrum van de kleine buurschap is geweest. In de vroege Middeleeuwen stond daar het Thyhuis waar de boeren hun zaken afhandelden. Rond 1400 kwam het Thyhuis in bezit van de familie Moerbecke, die er in 1565 haar edelmanswoning tegenaan bouwde. Imposante bouwelementen van de Moerbeckes zijn nog steeds aanwezig, zoals het beschilderd plafond in de opkamer en de 16e-eeuwse zandstenen fries boven de schouw in de Bloesemzaal.
Door huwelijk kwam het Huis in het begin van de zeventiende eeuw in bezit van de katholieke Everhard Bentinck. Door de verwoestingen van de 80-jarige oorlog was Breklenkamp toen een van de meest getroffen buurschappen van heel Overijssel. Twee eeuwen woonden de Bentincks van Breckelenkamp op het Huis. Ze breidden de havezate tussen 1630 en 1665 uit en al in de eerste helft van de zeventiende eeuw realiseerden ze de Hollands-classicistische aanleg van de tuinen en het park. Ze gingen met hun tijd mee, want die tuinstijl ontwikkelde zich tijdens hun leven. Dat gebeurde vooral in het westen van de Republiek, daar werden in dezelfde periode tuinen als Honselaarsdijk en Hofwijck aangelegd. Het bijzondere is dat de aanleg van de Bentincks op een wonderbaarlijke manier bewaard is gebleven. In het monumentenregister van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed is dat als volgt verwoord: ‘Als zodanig is de aanleg van de Breckelenkamp een eenvoudig, zeldzaam en gaaf bewaard voorbeeld van een Hollands-classicistische aanleg, waarbij geometrie en perspectiefwerking de uitgangspunten voor het ontwerp vormden.’
De kikkerkoning Gezicht vanuit de iristuin op de noordgevel
De stichters van deze aanleg hadden het niet gemakkelijk. Everhard Bentinck en zijn nazaten waren trouwe katholieken en tegenstanders van de Staten. In de 80-jarige Oorlog waren ze de Spaanse kant toegedaan en later dienden ze onder de bisschop van Münster. Tijdens de tweede Münsterse inval in 1672 bracht Everhards zoon Gerard Adolph Bentinck het zelfs tot stadhouder van Overijssel; hij werd benoemd door de bisschop. Door dit alles beleefde de familie roerige tijden. Toen de bisschop in 1674 uit de Republiek was verdreven, werd de verdediging van het bezit niet gemakkelijk. De lotgevallen van de Bentincks van Breckelenkamp zijn beschreven in ‘Een korte tijd van glorie, de geschiedenis van het Huis te Breckelenkamp’)*.
19e-eeuw bruggetje over de buitengracht Boeren in een kleinschalig landschap
Witte wieven bezoeken het landgoed
Het patroon van bomenlanen die een adellijk huis als het ware verankeren in de omgeving, met rond het huis de tuinen, was in de zeventiende eeuw niet ongebruikelijk. Helaas zijn er van deze paradijsjes in het landschap niet veel over. Dat is niet alleen het gevolg van de uitbreiding van dorpen en steden, de aanleg van wegen en andere ontwikkelingen. Vaak zijn het de latere bewoners zelf, die in de achttiende en negentiende eeuw de bouw van hun opstallen en de aanleg rond het woonhuis ingrijpend lieten veranderen. Maar het Huis te Breckelenkamp met zijn omliggende gronden bleef vrijwel onveranderd in stand, waardoor we nu terug in de tijd naar het oorspronkelijke beeld kunnen kijken, over de periode van de grote aanpassingen heen. Wie daarvoor open staat, ervaart de rust en de schoonheid van die oude, vrijwel onaangetaste omgeving.
De Breenklaan Overpeinzing op de oude eik
Nog rond 1900 had het goed een omvang van ongeveer 185 hectare. Op een kaart van 1783 uit de atlas van Hottinger van Noord- en Oost-Nederland is het harmonisch geheel van Huis en tuin binnen een structuur van monumentale bomenlanen goed te zien. Het was een beplanting van eiken en beuken, met een plantafstand van vier meter. Nu is daar nog ruim 15 hectare van over. Buiten de huidige grenzen zijn de vroeger bij het goed behorende bomenlanen door de ontwikkeling van het boerenbedrijf vrijwel geheel verdwenen, sommige prachtige stukken nog maar kort geleden tijdens de ruilverkaveling. Maar het bestand binnen die grenzen, ongeveer 30% van het totaal, is bewaard gebleven, waardoor we in onze tijd nog van een zeldzame en beschermwaardige aanleg kunnen genieten. Ook de rechthoekige huisplaats met de centraal gelegen toegangsbrug en het grachtensysteem zijn onveranderd gebleven. Daardoor heeft het ‘gebied van de oude eiken’, zij het in afgeslankte vorm, zijn karakter kunnen behouden. Die authenticiteit van het Huis en het omringende land geeft het landgoed zijn uitstraling, dat verklaart het gevoel te verkeren in een historische omgeving.
Het centrale deel van het landgoed vanuit de lucht
In het monumentenregister wordt ook aandacht besteed aan een ander bijzonder kenmerk: de vorm van de plattegrond van de zijtuinen, buitengracht en boomsingels. Die lijkt rechthoekig maar neigt in werkelijkheid naar een diabolo-vorm, duidelijk te zien op het Kadastrale Minuutplan uit 1825. Het register vermeldt daarover: ‘De diabolo-vormige grondslag werd waarschijnlijk op deze wijze aangelegd voor een optimale perspectiefwerking binnen de aanleg. Vanaf de korte zijden van de boomsingel lijkt het huis iets verder weg te liggen dan in werkelijkheid het geval is en vanaf het huis lijken de voormalige nutstuinen iets groter te zijn dan hun werkelijke afmetingen’.
Gezicht vanaf de vijvertuin op de oranjerie Detail van de iristuin
In 1991 werd met de laatste grote restauratie van het Huis begonnen en korte tijd later met het herstel van de tuinen en het park. Binnen het patroon van de bomenlanen werd in de noordelijke rechthoek loodrecht op de noordgevel van het Huis een beukenberceau aangelegd, die uitkomt bij de oranjerie. De oranjerie biedt in de winter huisvesting aan de verzameling citrusbomen van het Huis. Ter weerszijden van de berceau ligt een patroon van rechthoekige tuinen, passend in het oude Hollands-classicistische beeld. De tuinen zelf hebben een eigentijdse invulling gekregen, met onder meer een iristuin, een geurtuin, een vijvertuin, een kruidentuin en een pluktuin. Op de plek van de voormalige boomgaard werden in 1992 achttien hoogstambomen van oude fruitrassen geplant. De zuidelijke rechthoek herbergt onder meer de moestuin met een kas uit 1902 en een fruitkooi.
Leifruit in de moestuin Lente in de boomgaard
De oprijlaan, werd voor een groot deel nieuw ingeplant en enkele jaren geleden aan de overkant van de Jonkershoesweg doorgetrokken. In 1998 kon de Breenklaan worden aangekocht: de eertijds bij het Huis behorende lange bomenlaan, lopende van het zuidelijk deel van de Jonkershoesweg tot aan de buitengracht van het Huis. Deze laan werd in 1999 door Stichting het Huis te Breckelenkamp hersteld. En in 2008 kon de grond ten zuidoosten van het Huis, met een groot deel van de oorspronkelijke zuidelijke eiken wal, weer bij het landgoed worden gevoegd. Deze wal werd met ondersteuning van de provincie Overijssel en de gemeente Dinkelland hersteld en deels weer aangelegd.
De Geele Beek zorgde er vroeger voor dat het water in de grachten op peil bleef, maar door allerlei ingrepen in de vorige eeuw werd die toevoer afgesloten, waardoor het Huis met een groot probleem werd geconfronteerd. Het grondwaterpeil daalde zo sterk dat de vitaliteit van de oude bomenbestanden er onder ging lijden. De grachten liepen regelmatig droog en de houten fundering liep schade op. In 2010 werd met hulp van het waterschap en de provincie een nieuwe verbinding met de Geele Beek aangelegd. Het water wordt gezuiverd in de rietvelden, een helofytenfilter, voordat het naar de grachten geleid wordt. Door deze ingrepen is een groot deel van het waterprobleem opgelost.
In het bosje van Zeegers Tuindetail in de zomer
Aan de zuidkant van het landgoed ligt de grote vakwerkschuur, een 18e-eeuws rijksmonument dat in de toekomst gaat fungeren als landgoedontvangstcentrum. Het imposante gebintwerk, het slietjesplafond en het vakwerk, alles is nog in de oorspronkelijke staat aanwezig. De wandeling vanaf het Huis over de oude Breenklaan langs de zandstenen brug naar de vakwerkschuur en dan terug langs de rietvelden is alleszins de moeite waard. Vooral tijdens die wandeling ervaar je de kwetsbare schoonheid van dit oude en afgelegen landgoed, waarvan het behoud op termijn afhankelijk is van draagvlak voor de instandhouding. Adequate steun is onontbeerlijk om het voortbestaan van dit uitzonderlijke object te verzekeren.
)* Matthijs Wanrooij en Henk Kamp, Een korte tijd van glorie, de geschiedenis van het Huis te Breckelenkamp, Breklenkamp en Enschede, 2010
Jonkershoesweg 10